Das Ganu’s lessen -2-
Shirdi Sai Baba’s prominente leerling Das Ganu heeft in zijn geschriften veel van Baba’s lessen in zijn eigen wijdlopige stijl weergegeven en gecombineerd tot lange uiteenzettingen. Recentelijk zijn deze verhalen gebundeld onder de titel Sri Sai Gurucharitra. Omdat Baba nooit dit soort lange verhandelingen heeft gehouden, zijn de meeste verhalen van Das Ganu niet opgenomen in het boek Zeven dagen Shirdi Sai.
Download deze verhalen als ebook: Shirdi Sai Baba over karma.epub
Na enkele dagen kwam Nana Chandorkar weer naar Shirdi, waar hij languit voor Baba boog en zijn voeten omklemde. ‘Baba, vertelt u mij alstublieft wat u me de vorige keer beloofde toen ik hier was.’
Baba was ingenomen met Nana’s gretigheid om te leren. Hij zei: ‘Let goed op mijn woorden. De vernietiging van de verstrikkingen die veroorzaakt werden door plezier en verdriet is bevrijding. Volg mijn lessen om die staat van bevrijding te bereiken.’
‘Er is nog een vorm van karma, te weten sanchita karma. Dit is het karma dat zich nog moet uitwerken, vaak in een volgend leven. Een overmaat aan sanchita karma maakt een volgende incarnatie onontkoombaar. Wijze mensen begrijpen dit en richten hun leven zo in dat zij dit karma vermijden, maar dwazen weten er niets van en maken zich er niet druk over. Stel iemand is een bediende geworden door karma uit een vorig leven, en hij pleegt in die functie een diefstal, dan heeft hij daarmee slechts de grondslag gelegd voor weer een nieuwe incarnatie. Hoe kunnen we aan die medogenloze opeenvolging van onophoudelijk leven en sterven ontkomen?’
Nana begreep het niet helemaal en vroeg: ‘Baba, u zegt dat het eerst komt door karma uit het verleden en dat dit karma weer nieuw karma oproept voor de toekomst. Ik kan het niet helemaal volgen. Kunt u het verschil tussen die twee iets duidelijker maken?’
Baba antwoordde: ‘Narayana, laat je gedachten niet alle kanten uit zwerven! Het gaat erom dat je je houdt aan de voorschriften van de rechtschapenheid (dharma) als je de gevolgen ondergaat van karma dat is ontstaan in een vorig leven. Zoek goed gezelschap, eet zuiver voedsel, laat je niet in met ruzie en houd je altijd aan de waarheid, dan zal God ingenomen met je zijn. Als je iemand je woord geeft, houd je daar dan ook aan.
Ik zal je nu vertellen over vier mensen, let goed op.
De eerste is de gebonden mens. Hij weet niet wat juist gedrag of onjuist gedrag is, hij vereert God niet en heeft niet de juiste gevoelens in zijn hart. Mensen die moedwillig slechte dingen doen, die stiekem doen, die kwalijke taal bezigen, mensen die voortdurend bezig zijn met wereldse activiteiten, mensen die rijk zijn maar een ander niets gunnen, terwijl ze het wel voor hun eigen pleziertjes uitgeven, mensen die het geld van anderen uitgeven en mensen die zich niet om heiligen bekommeren, het zijn allemaal gebonden mensen. Sommigen proberen hun aanzien te vergroten door anderen omlaag te halen. Ze doen alsof zij zulke goede, deugdzame lieden zijn terwijl ze zich overgeven aan zondige activiteiten. Dit wereldse leven is het enige doel waar zij zich op richten. De wereld is hun God en dat is ook waar hun aandacht voortdurend op gericht is. Ook dit zijn mensen die verstrikt zijn in de wereld.
Iemand die zelfs na het lezen van vele goede boeken nog steeds geen zuiverheid van denken heeft is ook gebonden.
Dan is er de tweede. De oprechte zoeker naar de waarheid (mumukshu) is iemand die een afkeer voelt van deze staat van gebondenheid. Hij denkt er voortdurend over hoe hij zijn slechte eigenschappen kan verwijderen door juist te denken, hij brandt voortdurend van ijver en verlangt ernaar de Heer te zien. Iemand die verlangt naar het gezelschap van oprechte, zuivere mensen en voor wie de wereld geen werkelijke waarde heeft is een mumukshu. Iemand die zonder ontevredenheid aanvaardt wat zijn eigen karma hem voorschotelt, iemand die er altijd beducht voor is dat hij een misstap begaat, iemand die altijd de waarheid spreekt, iemand die, zelfs als hij in de fout gaat, oprecht spijt heeft van zijn misstappen, die een nederige en respectvolle houding naar heiligen heeft, die dharma in ere houdt en in praktijk brengt, is een mumukshu.
Een sadhaka (spiritueel aspirant) is iemand die het gezelschap van de deugdzamen en vromen geen seconde verlaat en voortdurend Gods heilige naam herhaalt. Iemand die wereldse zaken als vergif beschouwt en altijd verlangt om meer te leren over spiritualiteit is een sadhaka. Iemand die altijd mediteert, die in eenzaamheid leeft, verblijft in het stadium van de sadhaka. Als zo iemand de naam hoort van de Heer en over Hem hoort praten, wordt zijn keel droog van blijdschap en begint hij te stamelen. Iemand die de wereld volkomen vergeet en zich voortdurend bezighoudt met het dienen van heiligen, en God voortdurend in zijn gedachten heeft, is een sadhaka.
De vierde is de siddha. Hij is een gerealiseerd mens; hij ziet in ieder mens de eenheid met God en staat even onverschillig tegenover roem als tegenover blaam. Hij wordt geen moment door de zes vijanden van de mens beïnvloed: noch door begeerte, woede, hebzucht, begoocheling of trots, noch door afgunst. Hij heeft geen enkel verlangen of twijfel en maakt geen onderscheid tussen ik en jij. Hij weet dat dit lichaam vergankelijk is en dat hij waarlijk Brahman is. Hij aanvaardt voorspoed en tegenslag als van gelijke waarde: zo iemand is waarlijk een siddha.
Vier verschillende mensen en vier manieren om met karma om te gaan. God is overal; er is geen plek waar hij niet is, maar zijn goddelijke illusie, maya, verwart ons danig. Maya onderdrukt ons verlangen om God te kennen en te realiseren.’
Breng het geleerde in praktijk
Ieder van ons die je hier ziet is een vorm van God, net als Waarheid, Licht, Maruti, Krishna, enzovoorts, inclusief jijzelf. Dat is de reden waarom we niemand zouden moeten haten, want God woont in alle wezens. Het gevoel van universele liefde ontstaat vanzelf in het hart en zodra dat de overhand heeft kun je werkelijk alles bereiken. Tot die tijd zou je je gedachten onder controle moeten houden.
Een vlieg cirkelt om het vuur en ontvlucht het weer, net zo zwerven de gedachten alle kanten uit en vluchten zij weg als ze nader tot God komen. We kunnen alleen ontsnappen aan de kringloop van geboorte en dood als we de gedachten op Brahman richten, en daarvoor is er geen betere gelegenheid dan de geboorte als mens. Een leven als mens biedt namelijk een schitterende kans op bevrijding.
Om ons te helpen de gedachten te concentreren is de verering van God-met-vorm ingesteld. Als je de afbeelding of voorstelling van God met geloof en toewijding vereert, in de vaste overtuiging dat God daarin verblijft, worden je gedachten op God geconcentreerd. Zonder concentratie komen de gedachten uiteraard niet tot verstilling.
Tot iemand die het Zelf gerealiseerd heeft komt bevrijding vanzelf. De stappen die naar zelfrealisatie leiden zijn uiterst moeilijk te begaan, maar er is een gemakkelijkere weg om bevrijding te bereiken: geef je volledig over aan God en leef een zuiver leven. Dit zal op den duur je hart zuiveren. Roep God aan met je gedachten verstild door concentratie. Mediteer op de vorm van God die jou het dierbaarst is. Door dergelijke meditatie zul je uiteindelijk bevrijding bereiken.’
Baba sloot hiermee zijn verhandeling af en legde zijn rechterhand op Chandorkars hoofd om hem te zegenen. Chandorkar was vervuld van blijdschap. Hij boog in dank met gevouwen handen voor Baba en smeekte hem dat zijn genade altijd op zijn leerlingen mocht rusten.
Baba antwoordde: ‘Ik zal mijn toegewijde nooit uit mijn genade laten vallen, daar hoef je geen twijfel over te hebben, dat beloof ik. Mag de genadevolle Allah-i-llahi je zegenen.’
-download hier de ebook-versie van deze tekst: Shirdi Sai Baba over karma.epub-